Terwijl onze jongste zwemt, luister ik vanuit de kantine naar het boek Focus AAN/UIT van Mark Tigchelaar. Zwaaien naar je spartelende kind met Storytel op je oren. Lekker gefocust.
En dan hoor ik de luisterboekinspreker iets zeggen over productiviteit en creativiteit. Iets wat ik, en jij waarschijnlijk ook, wel weet, maar nog eens moest horen.
‘Alles wat onze productiviteit vergroot, verlaagt onze creativiteit. En vice versa.’ Hij geeft een voorbeeld van een art director, die, eenmaal bij hen aangenomen, drie wandelingen op een dag bleek te maken en veel uit het raam staarde. ‘Tegelijkertijd maakte ze de mooiste ontwerpen en had ze daar veel minder tijd voor nodig dan de externe bureaus die we voorheen inhuurden. We snapten er niks van, tot we de wetenschap in doken.’
Iets nieuws scheppen vraagt niet-productief zijn: dagdromen, supersimpele taken doen, een ommetje maken. Dat lijkt niksen, maar ondertussen gebeurt er dus van alles. Denk aan het bekende douche-idee, en misschien heb je zelf ook weleens gemerkt dat je na een wandeling ineens een oplossing wist voor iets waar je zittend achter je scherm niet uitkwam.
Aandacht: gericht of open
Het is een ander soort aandacht: gericht (productief) of open (creatief). Soms heb je het een nodig en soms het ander. Schrijf je een boek, dan moet je zowel meters maken en onderzoek doen (productief) als verbanden leggen en ideeën bedenken (creatief).
Volgens Tigchelaar zou je bewust moeten schakelen tussen die twee soorten aandacht. ‘Hoe meer ik deze twee fases scheidt, hoe makkelijker het schrijven gaat.’ Ik weet niet of dat voor iedereen opgaat, maar wél is het voor elke schrijver goed om tijd in te ruimen voor die open aandacht.
Geef jezelf de ruimte om in de verte te staren of een ommetje te lopen. Niet voor niets kom ik dit om de haverklap tegen in het boek Dagelijkse rituelen. Hoe bekende kunstenaars, schrijvers, filmmakers en andere creatieven werken. Ie-der-een wandelt, soms meerdere uren per dag.
Niet-productief zijn is voor veel mensen nog niet zo gemakkelijk; productief zijn is lekker meetbaar, creativiteit niet. Je voelt je goed als je weer een hoofdstuk af hebt. Als je met je boek bezig bent, dan wil je vooruit, resultaat boeken, maar dan is het dus juíst belangrijk om lummeltijd in te bouwen.
Productiviteitsparadox
Tigchelaar noemt dit de productiviteitsparadox: ‘De noodzaak om bij creativiteitstaken momenten te hebben waarop we niet productief zijn, om zo juist weer productief te worden.’ Als je als een malle alleen maar productief probeert te zijn, neemt je productiviteit juist af.
Dat dat niksen uiteindelijk bijdraagt aan je productiviteit, helpt mij om het mezelf toe te staan. Grootgebracht in een nogal werkpaarderige familie – hard werken is iets goeds, een vader die op zijn 76e nog elke dag werkt en de meest arbeidsintensieve projecten aanzwengelt, zijn moeder die op haar 102e knijpertjes bakte voor haar hele bejaardenhuis en sokken breide voor haar omvangrijke nageslacht – is luieren niet iets wat ik van nature doe. Jij misschien ook niet. Weet dan: uiteindelijk maak je meer en mooiere meters als je af en toe stilstaat.
En stilstaan is dus echt niksen. Niet een podcast luisteren, en al helemaal niet vanuit de zwembadkantine.
Wat doe jij vandaag om je creativiteit de vrije loop te laten?
En heb je ons gratis ebook Vijf vette valkuilen bij het schrijven van je businessboek al?
Zet ‘m op!
Verplaats je in je lezer
Een valkuil waar schrijvers nogal eens in lazeren: alleen maar